Laat sporters en supporters minder vliegen

Dit stuk verscheen in aangepaste vorm in NRC Handelsblad op 08.03.14

Overheden, autofabrikanten, huiseigenaren, energieproducenten, de bouwsector, etc. –  allemaal worden ze gevraagd of gedwongen om minder broeikasgassen uit te stoten. Maar de sportsector ontspringt de dans, zo lijkt het. Waarom eigenlijk? Het is een miljardensector die ontzettend veel CO2 uitstoot. Er zijn goede mogelijkheden om te verduurzamen.

Grote evenementen vormen de beste voorbeelden. De IOC besloot de olympische winterspelen plaats te laten nemen in Sotsji. Als een van Rusland’s meest zuidelijke steden kent het een vochtig subtropisch klimaat. Het skiën vond dan wel in de bergen plaats (waar de sneeuw met chemicaliën tegen smelten werd beschermd), maar onze plakken werden gewonnen op een ijsbaan op zeeniveau, waar na de ‘winterspelen’ natuurlijk niets meer mee gedaan wordt. FIFA’s keuze voor Qatar voor het WK voetbal in 2022 was minstens zo vreemd. Woestijnstaat Qatar kent één stad en twee miljoen inwoners, maar bouwt nu negen extra stadions. Met airconditioning, omdat het ’s zomers gemakkelijk 40 graden wordt.

Ook locaties van de champions league finales zijn verbazingwekkend. Afgelopen jaar stonden Bayern München en Borussia Dortmund tegenover elkaar – in London. In 2008 speelden zelfs twee Engelse teams tegen elkaar in Moskou. Hiervoor wordt gelukkig geen sportinfrastructuur aangelegd die vervolgens functieloos in verval geraakt. Maar er vliegen tienduizenden supporters heen en weer. Een retourtje Londen-Moskou stoot al gauw zo’n een ton CO2 per persoon uit, grofweg de helft van wat men per persoon jaarlijks uit mag stoten om gevaarlijke klimaatverandering te voorkomen. Voor al deze voorbeelden geldt: het beter plannen van locaties kan veel geld- en CO2 uitstoot schelen.

De Nederlandse sportsector kan er overigens ook wat van. Hun mascottes– het Nederlands elftal – vloog in november van Amsterdam naar Maastricht, voor een oefenwedstrijd tegen Japan in Genk. Op zo’n korte afstand is vliegen zeker tien keer vervuilender dan een touringcar, en dat enkel om een paar minuten filerijden te voorkomen. Ik zou het sowieso wel interessant vinden om te weten hoeveel ton CO2 een dergelijke oefenwedstrijd per doelpunt kost. Tijdens het Europees kampioenschap verbleef het dramatisch spelende Nederlands elftal zelfs meer dan duizend kilometer vliegen van hun speelstad Charkov vandaan.

Dan is er natuurlijk nog die open schaatsbaan in het olympisch stadion, waar afgelopen weekend het KPN NK Allround & Sprint werd verreden. Volgens NOS commentator Hersman een unieke locatie: hij heeft ‘niemand gehoord die eigenlijk tégen dit idee is geweest’. Hij heeft waarschijnlijk niet veel mensen gevraagd. Thuis is niemand zo gek om de koelkast of het vriesvak open te laten staan, maar in het olympisch stadion wordt bij een zonnige +10 graden Celsius een metersbrede en vierhonderd meter lange ijsklont in stand gehouden. Zeer vergelijkbaar met de manier waarop er in sommige Zwitserse en Oostenrijkse ski-oorden met klimaatverandering wordt omgegaan: valt er minder sneeuw, dan maak je gewoon sneeuw.

Net als de meeste mensen kan ik van sport genieten. Maar de sportsector kan veel meer betekenen voor verduurzaming. Belangrijke eerste stappen worden al gezet: veel amateurclubs leggen bijvoorbeeld zonnepanelen aan op hun sportfaciliteiten, of gaan over op energiezuinige verlichting. Ook verschillende stadions van eredivisieclubs krijgen zonnepanelen op het dak. Maar echte verduurzaming vereist ook een aanpassing van planning en organisatie, bijvoorbeeld door sportevenementen te organiseren op logische plaatsen, en daarmee ook vliegbewegingen (vooral ook van supporters) te minimaliseren.

Pieter Pauw werkt bij het Deutsches Institut für Entwicklungspolitik in Bonn

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *